Verslag Algemene Vergadering December 2024
planningstool
Agenda
- Goedkeuring agenda (1′)
- Update statuten en financieel plan (5′)
- Bestuurders (20′)
- Dagelijks bestuur (20′)
- Ombudspersoon (5′)
Pauze (10′)
- Brainstormsessie nudgingstrategie/onboarding/winkel uitbaten (15′)
- Evaluatie Urbain (10′)
- Wat is een duurzaam product? (20′)
- Werkbeleid en beleid naar bedrijven toe (20′)
- Briefing werkgroepen (25′)
- Vleescommissie
- Locatiespeurders
- Ambassadeurs
- Evenementen
- Werkgroep producten
GOEDKEURING AGENDA
De AV keurt de agenda goed.
STATUTEN EN FINANCIEEL PLAN
Een cruciale stap in de werking van de winkel is de oprichting van een coöperatieve venootschap (CV). Op dit moment beheerd De Coöperant VZW de winkel, maar die is daar eigenlijk niet geschikt voor. In het verslag van de statutenvergadering van oktober kan je lezen waarom dat niet zo is.
Na die vergadering werd afgesproken dat deze AV statuten en een financieel plan (twee noodzakelijke onderdelen van een CV) goedgekeurd zouden worden. Door omstandigheden konden beide plannen echter niet op tijd gemaakt worden. Daarom vraagt het dagelijks beheer om een mandaat van de AV om voor het einde van januari de CV op te richten. Indien gewenst kan er tussen nu en de publicatie van de statuten nog een online feedbackmoment georganiseerd worden.
De AV geeft [g]een mandaat aan het dagelijks beheer.
- De AV geeft een mandaat voor statuten en intern regelement en een mandaat voor een financieel plan op voorwaarde dat ze eerst doorgestuurd worden ter inzage en commentaar.
BESTUURDERS
We ontvingen begin december zes kandidaturen van potentiële bestuurders.
Tessa Debilde is een oudgediende van Coop Centraal en is al meer dan vier jaar in wisselende mate betrokken bij het project. We klopten aan bij Tessa omdat we iemand zochten die de rol van voorzitter op zich wilde nemen. Tessa zal de bestuursvergaderingen organiseren en zo nodig modereren. Ze is goed bekend met de verschillende administraties van ons land en heeft ervaring als bestuurder in een aantal vzw’s. Ze leefde lang in het buitenland en kan daardoor een internationaal perspectief op Coop Centraal bieden.
Bram Leroux werkt bij Wooncoop als projectleider en is er ook bestuurder. Bram is dan ook onze link met de coöperatieve wereld en kan ons inzichten geven in de verschillen tussen ons en een andere coöperatie die een heel stuk verder staat. Als projectleider bij Wooncoop heeft hij ook ervaring in een aantal specifieke skills die erg nuttig zijn in ons project: samenwerken met coöperanten, ontwikkelen van financieel beleid en onderzoekstrajecten uitwerken.
Katrien van den Bleeken heeft ervaring als medewerker bij RicoLAB, een coöperatieve buurtwinkel in Deurne met een focus op lokaal, afvalarm en biologisch voedsel. Ze omschrijft zichzelf als bruggenbouwer tussen veld en stad en heeft een heleboel ervaring met hoe je een alternatief op een supermarkt bouwt met Labeur Local, een boerenmarkt in de stad. Daarnaast is ze een steengoeie organisator (of projectmanager) met ervaring bij onder andere de Kringwinkel en Bond Zonder Naam.
Cunrath Cornelis heeft meer dan vijftien jaar ervaring als business modelling consultant in de (liefst circulaire of modulaire) bouw. Opgeleid als ingenieur maakt hij de vertaalslag naar de communicatie en sales-aspect van een onderneming. Naast al dat coachen heeft hij ook een eigen project dat door bijenkasten aan bedrijven te leasen bewustmaking rond de biodiversiteitscrisis probeert te creëren en is hij bestuurder bij Re-Story, een coöperatie die door verhalen te vertellen zogenaamde Zebra- bedrijven bekender wil maken. Cunrath zou ook ons veel kunnen leren over hoe we onze winkel het best van de grond krijgen.
Daan Henderickx is verkoper bij Cardo Systems (een bedrijf gespecialiseerd in communicatiesystemen voor sporthelmen) in Europa, het Midden-Oosten en Afrika. Eerder was hij regiomanager bij TomTom in Sub-Sahara-Afrika en Oost-Europa. Met meer dan een decennium aan ervaring als commerciëel directeur in de consumer electronics weet hij veel af van verkopen en schaalvoordelen. Daan kent ons project via wijlen Jan Henderickx, zijn vader, die tot na zijn laatste momenten een van de grootste supporters van Coop Centraal was. Daan is een verkoper pur sang en kan een commerciëel perspectief bieden op Coop Centraal.
We gingen voor het bestuur in ons netwerk op zoek naar mensen met verschillende achtergronden. Coop Centraal brengt commerciële belangen en socio-cultureel werk samen en we probeerden kandidaten te vinden met expertise in beide domeinen. Dit team is echter nog niet volledig. In een stad en een buurt met zoveel diversiteit is het moeilijk te verantwoorden dat we niemand met een migratieachtergrond in ons bestuur hebben zitten. Ook qua financiële geletterdheid in ons team hebben we nog wel wat werk. Toch zijn we er zeker van dat we met dit team aan de slag kunnen gaan.
De AV keurt deze bestuursploeg goed en denkt erover na hoe bepaalde blinde vlekken weggewerkt kunnen worden.
DAGELIJKS BEHEER
Een winkel brengt veel administratie met zich mee. Die administratieve last ligt bij het dagelijks beheer. Het dagelijks beheer is redelijk organisch gegroeid uit de vroegere Antwerpse klimaatbetogers en een aantal anderen. We komen wekelijks samen om de Coop en een aantal andere engagementen te bespreken. Het handige daaraan is dat de groep beheerders op dit moment een hechte vriendengroep is waardoor werken voor Coop Centraal een vorm van sociaal contact wordt en minder als werk aanvoelt. Een nadeel eraan is dat dat het moeilijk maakt als mensen uit een andere demografie en achtergrond ook een groot engagement willen opnemen. Vanuit de groep bestaan er in ieder geval veel vragen rond hoe we dit een transparant proces maken waarbij iedereen die zich wil engageren dat ook kan doen. Aan de andere kant is het ook fijn een sterke band te hebben met de mensen met wie je tussen de 10 en 20u per week aan een project werkt. We willen daarom graag feedback vragen aan de AV hoe we dit proces en deze groep kunnen verbeteren.
Een kleine voorstelling:
Mirte houdt contact met leveranciers en bestelt iedere twee weken bij onze leveranciers. Ze is aanspreekpunt voor coöperanten tijdens hun shift
Seppe organiseert de evenementen en belt nieuwe leden wanneer die zich inschrijven.
Tim organiseert mee de evenementen en is op dit moment bezig een nieuwe locatie te zoeken. Daarnaast schittert hij wel eens op onze sociale media.
Nelles organiseert de uitrol van het nieuwe IT-systeem en neemt de boekhouding over. Daarnaast werkt hij op een heleboel administratieve taken.
Amre ontfermt zich over nieuwe en oude leden en maakt geregeld ontwerpen wanneer we iets willen maken.
Tom staat officieel in voor de communicatie van Coop Centraal, maar biedt vooral zijn uitgebreide netwerk en kennis vanuit de Peperfabriek (een socio-cultureel centrum in Klein-Antwerpen) ter onze beschikking.
Jakob organiseert de AVs en nieuwsbrieven en staat in voor het netwerk van Coop Centraal. Hij verdedigt het project naar de academische en coöperatieve wereld.
In onze bezoeken aan verschillende zusterinitiatieven ontwaren we twee types participatieve supermarkten. In alle supermarkten bepalen de coöperanten samen de inhoudelijke krijtlijnen van het project, maar over hoe er omgegaan moet worden met de uitvoerende taken is er minder eensgezindheid. Vrijwel iedere supermarché collaboratif (zoals onze Waalse en Franse tegenhangers zichzelf noemen) heeft één of meerdere personeelsleden die de administratie regelen. De facto is er nu een team van gemotiveerde vrijwilligers die nu die rol vervult. Dat zijn de zeven mensen die hierboven toegelicht worden en waar je via de website onder ‘dagelijks beheer’ contactgegevens van kan vinden. In sommige (meestal kleinere) supermarkten zijn de personeelsleden vooral aanstuurders en worden veel uitvoerende beslissingen gedecentraliseerd genomen, in werkgroepen. Andere winkels, zoals BEEScoop, leggen de meeste uitvoerende verantwoordelijkheden dan weer bij hun personeelsleden. Het gaat hier om taken die niet recurrent zijn en dus geen shift kunnen worden, bijvoorbeeld het zoeken van een nieuwe locatie, het zoeken van nieuwe leveranciers… Uiteraard worden in beide systemen alle suggesties gewaardeerd, maar in het tweede model houden de personeelsleden de teugels wel een beetje in de hand. Zo maakt een werknemer bijvoorbeeld de beslissing over welke producten er worden aangeboden (die allemaal moeten passen in het productcharter dat de AV goedgekeurd heeft) in plaats van een werkgroep. De AV werd gevraagd om feedback over hoe we ons tussen die twee werkvormen moeten verhouden.
Een overzicht van enkele conclusies:
- Er komen van tijd tot tijd themagroepen samen om de prangende vragen waar we mee zitten te beantwoorden. We organiseerden een piloottest rond winkelcommunicatie, waar veel inzichten uit naar voren kwamen. Een kritische reflectie daarbij is wel dat die inzichten voorlopig niet verwerkt werden tot praktische acties.
- Er wordt een thema-avond georganiseerd over dit onderwerp
- Er wordt helder gecommuniceerd wie voor wat verantwoordelijk is en welke kwesties er nu spelen via een tabblad op de website en een rubriek in de nieuwsbrief.
- Wie graag een initiatief wil nemen is welkom dat te doen als dat even afgetoetst wordt bij het Dagelijks Beheer. Een succesvol voorbeeld daarvan is bijvoorbeeld het poetsteam dat een aantal coöperanten hebben
OMBUDSPERSOON
Bij projecten als Coop Centraal is het cruciaal dat we samen bewaken dat iedereen zich er goed in voelt. Bij samenwerkingen horen soms conflicten. Om te bewaken dat frustraties zich opbouwen is het goed dat er iemand die niet in een bestuur zit de rol van ombudspersoon op zich neemt en het aanspreekpunt kan zijn voor iedere coöperant die zich niet goed in hun vel voelt over hoe er met hen is omgegaan.
Hugo D. stelt zichzelf voor als ombudspersoon i.p.v. zoals in de agenda gecommuniceerd omdat hij
- Het ethisch & moreel kompas van de organisatie wilt bewaken
- Het aanspreek punt wil zijn voor coöperanten & coöperanten wilt vertegenwoordigen
- Mee wil werken aan inhoudelijke krijtlijnen
PAUZE
Tijdens en na de pauze verdelen we de coöperanten die aanwezig zijn op de AV op in drie groepen. Iedere groep brainstormt over een thema. Na enkele minuten schuift iedere groep door naar het volgende thema. Op die manier hebben we waardevolle input over drie thema’s.
- Hoe kan het onboardingproces verbeterd worden? Vanaf december voorzien we een maandelijkse intromoment in Café Tati. We drinken een drankje op de kosten van Coop Centraal en slaan een gezellig babbeltje waar al de vragen, passies en ideeën naar boven kunnen komen. Ook zeker welkom om eens mee te komen zodat we op termijn een mix worden van frisse groentjes en doorwinterde mensen.
- 1 persoon vond dat de volgorde eerst bellen en dan mailen beter zou zijn.
- Mensen leren kennen -> uitstapjes (Pingiun vond de uitsap naar Brussel ideaal)
- Getuigenis van coöperanten op de website,… met “we survived” “good practice cases”
- Werking achter de schermen zichtbaar maken op het intromoment
- Algemeen werd het intromoment geapprecieerd (2 mensen wouden komen maar lukte niet)
- Meer structuur geven aan intromoment trek mensen miss meer dan “gezellig kletsen”. 1e shift samen inplannen, visie toelichting, evenementen aankondigen, …
- 1e zinnen op de website kort en krachtig maken en daarna de lange uitleg (miss om uit te werken in een themasessie? => taalgebruik, slogans)
- Google doc aanmaken waarop mensen hun talenten kunnen aanduiden zodat deze meteen verzameld worden en niet na het telefonisch gesprek moeten worden opgeschreven.
- We appreciëren het enorm dat iedereen zoveel vrijwillig engagement opneemt. Dat willen we meer Hoe kunnen we dat doen? Wat zou het uitbaten van de winkel een fijnere ervaring maken? Hoe was jouw ervaring in de winkel als kassier/uitpakker/poetser/… Laat al je ideeën de vrije loop, zo kunnen we van de winkel echt een plek van jou maken.
- Ruimte om te praten
- Communicatie is gericht op mensen die leren -> kortere versie -> referenties voor juiste poging
- Bestelling schap
- Houdbaarheid per rek bijhouden
- Te lang rustig
- Trapke voor hoge spullen
- Mensen die geen coöperant willen worden
- Koud
- EAN -leeggoedcode
- Vuilbakken systeem: lege bakken en kratten, paletten. Wat met plastiek en karton?
- Een van de doelstellingen van ons project is dat mensen duurzamer kunnen consumeren doordat we drempels wegwerken. Welke drempels ervaren jullie op dit moment? (Voorbeelden: prijs, informatie, risico op greenwashing…).
- Welke belangrijke thema’s moeten we nu behandelen? Welke krijtlijnen moeten uitgetekend worden?
- Missie en visie
- Productencharter
- Doelgroepen -> inclusie en toegankelijkheid (bv armoede)
- -> Communicatiedoelgroepen
- Toegankelijkheid
- Betrokkenheid -> gericht => wie doet wat
- Contact op LT binding na onboarding
- Open of gesloten winkel?
- Governance
EVALUATIE URBAIN
Ongeveer anderhalve maand geleden begonnen we Urbain te gebruiken. Na een initiële fase waarin het gebruik van de tool nog nieuw was merken we dat de shifts nu gemakkelijk opgevuld raken Tegelijkertijd krijgen we regelmatig klachten via de mailbox en vragen veel mensen zich af wanneer we terugkeren naar het oude systeem. Een grondige evaluatie is dus wel op zijn plaats.
We gaan niet verder met het gebruik van Urbain omdat de meeste coöperanten het minder goed vinden werken als onze google sheet en het bovendien extra werk opleverde voor de administratie. We zien nog steeds potentiëel in de software, maar er is voorlopig geen tijdsframe waarin dat tot uitvoering gebracht kan worden.
DUURZAME PRODUCTEN
Een van de hoofddoelstellingen van ons project is dat we mensen willen aanmoedigen duurzamer te consumeren. Een sterke definitie van wat duurzame consumptie is, is dus aangewezen. Coöperant Hugo schreef een korte tekst die dient als voorstel om zo’n definitie voor Coop Centraal te starten. Je kan een geüpdate versie in bijlage vinden die ook toegelicht werd op de AV.
Fundamenteel zijn er twee opties voor onze winkel: ofwel proberen we dé referentie te worden op het vlak van ecologische voeding en garanderen we dat alle producten die je bij ons kan vinden voldoen aan strikte duurzaamheidsvereisten. We haken dan aan bij initiatieven als RicoLAB, the Barn en gelijkaardige alternatieven. De andere optie is dat we een gangbaar aanbod hebben maar sterk inzetten op het overtuigen van mensen om hun consumptie te verduurzamen door allerlei drempels te verlagen.
De AV kon geen akkoord vinden over deze fundamentele discussie tussen twee visies op de winkel. Er werd niet overgegaan tot een stemming. Een themagroep rond missie en visie zal rond deze prangende vraag een voorstel formuleren. Daarnaast moeten we reflecteren of Coop Centraal nood heeft aan een ethisch charter dat bepaalde productcategorieën uitsluit (Coca Cola? Producten uit China? Water in flessen? Een verder uitgewerkte versie van Hugo’s voorstel kan je vinden op de blog van Coop Centraal of in bijlage.
WERKBELEID
Tot nu toe bleven we vaag over wat we precies verwachten van coöperanten. Ook met onze professionele contacten (Peperfabriek, Overdruk, De Studio…) was het voorlopig onduidelijk welke voorwaarden we stelden. Bijlage 2 is een voorstel om hier meer duidelijkheid over te scheppen.
De AV gaat akkoord met dit beleid zonder bezorgdheden. Er wordt wel gevraagd of het mogelijk is om in plaats van iemand anders een shift te doen. Of dat technisch mogelijk is wordt uitgezocht, maar in principe is dat geen probleem.
BRIEFING
Verschillende groepen leverden werk op een aantal fronten. Ze rapporteren dit werk op de AV en zijn altijd op zoek naar versterking.
GROENTEN & FRUIT
We zijn al geruime tijd bezig met het zoeken van een betrouwbare groenten- en fruitleverancier. We gaan daarvoor in zee met Koolmees, het bedrijf van een boer in West-Vlaanderen die groenten en fruit van verschillende collega’s verdeelt. We rollen dit uit wanneer het logistiek mogelijk is en evalueren nadien de kwaliteit.
DE VLEESCOMMISSIE
Wat bieden we aan en wat niet? Dat is een cruciale keuze die we moeten maken en die heeft een enorme invloed op welke vorm onze supermarkt heeft. Waar de duurzame productenstrategie een strategie creëert om mensen aan te sporen bepaalde zaken te verkiezen boven andere, heeft de vleescommissie het recht om te bepalen welke producten er onder geen enkele voorwaarde onze winkel binnenkomen. In bijlage 3 vind je een roadmap waarin je kan lezen hoe deze commissie er de komende maanden uit zal zien.
Op 25/1 kan je input komen geven over vlees op het Open Forum
DE LOCATIESPEURDERS
We zijn al enkele maanden bezig met het zoeken naar een nieuw en groter pand voor de winkel. De zoektocht is gestaag bezig maar wordt nog niet grondig genoeg aangepakt. We zoeken een pand van ongeveer 100 m2 in de regio van onze huidige winkel. Meer specifiek kijken we hiervoor naar de Statiestraat en de Driekoningenstraat maar moesten we een goed pand vinden in de regio dat zich niet op deze straten bevindt kan dit zeker bekeken worden. Hiervoor zouden we graag niet meer dan 1000 euro per maand betalen, zowel de prijs als de grote van het pand staan niet vast en kunnen we flexibel in zijn maar natuurlijk betalen we liefst zo weinig mogelijk. Verder heeft het pand best een voorkant die duidelijk ‘winkel’ kan schreeuwen en als het mogelijk is en achterkant/zijde/voorkant waar we leveringen kunnen aannemen. Het doel is nog steeds om een nieuwe locatie te hebben in het voorjaar en te verhuizen liefst voor ons 2-jarig bestaan in maart. De tijd dringt dus! Eerst en vooral kan je in je dagelijks leven je oren en ogen goed open houden voor een pand en dit altijd doorspelen naar de mensen die bij de zoektocht betrokken zijn. Je mag Tim mailen of bellen op Tim.L.lambrechts@gmail.com of 0488919722. Verder hebben we een werkgroep, die versterking nodig heeft, die systematischer zoekt naar een locatie, laat zeker iets weten aan Tim als je hieraan wilt bijdragen.
AMBASSADEURS
We kunnen al rekenen op de steun van een handvol ambassadeurs. In de loop van de komende maand beginnen we daarover te communiceren. We zoeken steeds nieuwe geïnteresseerden met een klein platform waarmee we ons imago als serieus project proberen op te krikken.
Niet behandeld op de AV
EVENEMENTEN
Ook in 2025 hebben we een ambitieus evenementenplan. Zo proberen we aanwezig te zijn in verschillende Antwerpse initiatieven om onszelf bekender te maken en te werken aan de sociale doelstellingen van Coop Centraal.
- Feestdagen receptie (20 december)
We komen met de cooperanten en sympathisanten gezellig samen voor een hapje en een drankje. Verwacht niet te veel toeters en bellen, vandaag gaat om gezellig samen zijn. We klinken op een fantastisch nieuw coop-jaar!
- Volkskeuken (24 januari)
Eén van de pijlers en doelstellingen van ons project is het zorgen voor maatschappelijke verbinding door samen op een ecologische manier om te gaan met voedsel. Een volkskeuken past dus perfect in dat plaatje. We zouden in januari dan ook graag een eerste volkskeuken organiseren. We doen dat in samenwerking met een partnerorganisatie, om dan vervolgens onze eigen Coop-volkskeukens op regelmatige basis te blijven organiseren.
- Wandeling coops en commons (februari)
Vanuit de burgerbegroting kregen we financiele steun om volgend jaar enkele events te organiseren om het coöperatieve gedachtegoed en andere coöperatieve organisaties in de kijker te zetten. In februari zouden we een wandeling organiseren die het historische verhaal van de verzuilde coöperaties vertelt.
- Algemene vergadering (februari)
- Filmevent (februari)
Ook volgend jaar zetten we weer in op verbindende en interessante events. We zullen dit jaar dus tevens enkele films vertonen in de klappei of de cinema. Over welke film we in februari vertonen kan ik nog niet veel zeggen, dat het net zoals vorige filmvertoningen een succes zal zijn, natuurlijk al wel!
- Feest, Coop 2 jaar! (1 maart)
1 maart 2025 bestaan we twee jaar. Dat verdient een feest!
- Proefmoment (maart)
In maart zetten we een paar producenten in de kijker door een proefmoment te organiseren.
BIJLAGE 1: DUURZAME VOEDING
‘Duurzame voeding betaalbaar maken’ omvat in mijn ogen drie aspecten:
- Wat is duurzame voeding?
- Wat is betaalbaar maken?
- Hoe combineer je die twee tot duurzame voeding betaalbaar maken?
Dit is een werktekst voor de komende Algemene Vergadering van de ‘democratische supermarkt’ i.o. Coop Centraal. Hier & daar gebruik ik formuleringen van Jakob C.
Op 18 december 2019 publiceerden Mariyam Safi en Thomas Rotthier op oikos.be een tekst, waaruit dit fragment:
‘Duurzaamheid is een centraal begrip geworden sinds het Brundlandt-rapport van de VN uit 1987. Met duurzame ontwikkeling bedoelt men dat we in de huidige menselijke behoeften voorzien zonder de behoeften van toekomstige generaties ernstig in gevaar te brengen. (…)
In principe zou het niet moeilijk mogen zijn om een duurzame levensstijl aan te nemen. Het is de taak van overheid om van duurzame keuzes de gemakkelijkste keuzes te maken voor de burger. In een moderne samenleving moet het voor de burger mogelijk zijn om een duurzaam leven te leiden zonder zich zorgen te maken over geld.
In een ideaal scenario is de consumptie van een product sociaal rechtvaardig als het onder menswaardige arbeidsomstandigheden is geproduceerd en tevens betaalbaar is voor de consument.
Op dit moment strijden ecologische en sociale rechtvaardigheid nog te vaak met elkaar. De ecologische alternatieven zijn vaak duurder. De consument wordt voor een dilemma geplaatst. In de supermarkt vindt hij veel goedkope producten die op een onrechtvaardige en weinig duurzame manier gemaakt zijn. Goedkope producten, zoals kleding, zijn vaak gemaakt door vrouwen en kinderen die in barre omstandigheden moeten werken, vergelijkbaar met de omstandigheden in de tijd van Daens, in de textielindustrie van het negentiende-eeuwse België. Deze vrouwen en kinderen werken zich kapot zodat wij grenzeloos en goedkoop kunnen consumeren. Ook dit soort productie is niet duurzaam, omdat er sociale rechtvaardigheid ontbreekt (nog los van de milieu-impact van deze industrie).
Toch is het mogelijk om een levensstijl aan te nemen die zowel ecologisch als sociaal rechtvaardig is. We kunnen wel degelijk consumeren zonder te veel te vervuilen, zonder dat dit meer hoeft te kosten. Ecologische rechtvaardigheid en sociale rechtvaardigheid zijn twee wielen van eenzelfde fiets.’
Het zal wel, maar hoe doe je dat, als burger en consument, een levensstijl aannemen die zowel ecologisch als sociaal rechtvaardig is? Wat kan Coop Centraal daar aan bijdragen?
Als er één woord is dat de afgelopen decennia zodanig is misbruikt dat het haast niks meer betekent, is het wel ‘duurzaam’. (Zo zou supermarktketen Lidl haar Kipster-ei ooit in de markt hebben gezet als ‘het duurzaamste ei ter wereld’.) Natuurlijk ligt aan de basis van het begrip de oprechte bezorgdheid van kleine groepen mensen die zich bewust wilden inzetten voor kwaliteitsvolle producten, geproduceerd in rechtvaardige omstandigheden, met zo gering mogelijke milieuschade en een zo ruim mogelijk bereik. Deze bekommernissen zijn van alle tijden, maar zij bleven (in het Westen, nu het ‘mondiale Noorden’) marginaal tijdens de decennia van economische groei en razendsnelle technologische ontwikkelingen vanaf de jaren 1950.
Het idee van duurzaamheid kwam pas echt van de grond in de jaren 1980 en ’90, de hoogtijdagen van het neoliberalisme. Verduurzamen betekende vanaf dan vooral het zo lang mogelijk laten draaien van het mondiale kapitalistische productie- en beheerssysteem. Duurzaam is datgene wat de consument, die bestookt wordt met onheilsberichten over klimaatverandering, dierenleed, wanhopige boeren en uitbuiting in verre landen, met een gerust geweten kan blijven kopen. Er is vanuit de idealistische hoek nog even geprobeerd om ‘duurzaam’ te vervangen door ‘robuust’, maar uiteindelijk delen die twee kwalificaties hetzelfde lot.
Wij van Coop Centraal moeten proberen aan de idealistische benadering van duurzaamheid handen & voeten te geven. Dat betekent dat het pad naar het aanbieden van duurzame producten (bij Coop Centraal op dit ogenblik op de eerste plaats voeding) twee richtingen uitgaat: één in de richting van de consument, die kwaliteitsvolle en milieuvriendelijke producten aangeboden krijgt aan een betaalbare prijs en de andere in de richting van de producenten van die producten, die voor hun werk en inzet een eerlijke vergoeding ontvangen en gespaard blijven van de negatieve impact van roofbouwkapitalisme. Idealiter liggen die twee richtingen in één lijn: duurzame producten vereisen en stimuleren duurzame productie, en duurzame productie levert duurzame producten. Dit maar om te zeggen dat wij, als individuele consument, bij de selectie van kwaliteitsvolle en betaalbare producten ook oog moeten hebben voor de productie- en distributieomstandigheden, en dat wij wel degelijk door ons koopgedrag een -weliswaar zeer indirecte en zeer minimale- impact kunnen hebben op de werk- en leefomstandigheden van de producenten.
Uitgaan van de persoonlijke verantwoordelijkheid van de burger (of in dit geval, de consument) wordt vaak negatief bekeken als een uiting van neoliberalisme. Dat is het inderdaad vaak ook. Anderzijds, de materialistische of structuralistische benadering, waarbij individuen op de eerste plaats gezien worden als een product van de maatschappelijke omstandigheden, draagt het risico in zich concrete verandering vooruit te schuiven in de richting van een utopische horizon. Natuurlijk is het bestaande kapitalistische (wereld)systeem niet houdbaar, maar alle verantwoordelijkheid louter leggen bij (de verandering van) politieke, economische of staatsstructuren heeft geen zin als die verandering niet gedragen wordt of consistent afgewezen door de burgers.
Wat nodig is, is een concreet politiek handelen dat niet uitgaat van wat moet verdwijnen, maar van wat moet verschijnen. Dat houdt ook in dat politiek activisme in zijn doelstellingen best enigszins vooruit mag lopen op de actuele maatschappelijke verwachtingen. Utopische eisen stellen kan negatief uitpakken, als het lijkt of die doelstellingen onbereikbaar zijn. Maar het zijn kleine overwinningen en successen die het pad aanleggen voor grotere veranderingen. Dat impliceert onder meer, en waar mogelijk, alternatieven gebruiken voor de gecentraliseerde technologie, die op de eerste plaats gericht is op controle van de gebruikers en winstmaximalisatie voor de aandeelhouders. Bijgevolg: eerder diaspora* dan facebook, eerder mastodon dan twitter, eerder signal of telegram dan whatsapp, eerder linux dan microsoft, enzovoort. Maatschappelijke verandering vindt niet plaats met een knal, maar is het cumulatieve resultaat van lang en geduldig werk. Een deel van dat werk bestaat uit het creëren van experimenten die het gewenste langetermijndoel voorafbeelden.
Herinner u Remco Campert, 1979:
Verzet begint niet met grote woorden
maar met kleine daden
zoals storm met zacht geritsel in de tuin
of de kat die de kolder in z’n kop krijgt
(…)
Laten wij duurzame voeding betaalbaar maken in deze context zien.
Duurzame voiding
Ik ga niet in op het concept voeding; ik ga ervan uit dat de doelstellingen van duurzaamheid en betaalbaarheid ook gelden voor alle producten die niet onder voeding vallen (op dit ogenblik vooral de categorieën ‘huishouden’ en ‘lichaam & gezicht’). Ik neem aan dat ook voor die producten in de mate van het mogelijke de criteria van duurzaamheid en betaalbaarheid gelden.
Over definities van duurzaamheid zijn al pagina’s vol geschreven. Ik denk dat je een duurzaamheidsbeleid voor Coop Centraal kan baseren op vier pijlers: mensenrechten, biodiversiteit, klimaat en toegankelijkheid. Voor elke pijler kan je een of meer doelen kiezen waaraan je kan toetsen of je goed bezig bent.
Bijvoorbeeld:
- Alle bedrijven waar Coop Centraal mee samenwerkt (hetzij leveranciers, hetzij producenten) betalen een eerlijk & voldoende loon en garanderen veilige en verantwoorde arbeidsomstandigheden. Dit is in principe allemaal na te gaan, hetzij door rechtstreekse contacten, hetzij door rapporten van gespecialiseerde organisaties. Bijvoorbeeld: betaalt de melkcoöperatie wel een eerlijke prijs aan de veehouders van wie zij rauwe melk afneemt? (Zie: eerlijke zuivel uit de supermarkt)
- Van de aangeboden voedingswaren is duidelijk dat zij bij hun productie zo mogelijk een positief effect hebben op biodiversiteit, en in ieder geval een zo klein mogelijk negatief. In dat laatste geval streeft Coop Centraal ernaar om op middellange termijn (bv. 2035) dat negatieve effect te helpen ombuigen. Ook hier monitoring door rechtstreekse contacten of gespecialiseerde organisaties. Bijvoorbeeld: stimuleren en afnemen van lokale en seizoensgebonden productie van rassen en soorten (Zie: dubbeldoelkoe)
- Van de aangeboden voedingswaren is duidelijk dat zij per saldo klimaatpositief zijn, of in ieder geval zo min mogelijk negatief. In dat laatste geval streeft Coop Centraal ernaar om op middellange termijn (bv. 2035) dat negatieve effect te helpen ombuigen. Bijvoorbeeld: geen producten uit de agro-industrie die gepaard gaan met een enorme stifstofuitstoot; in principe lokale productie in plaats van import uit verre streken.
- Producten zijn duurzaam wanneer zij niet uitsluitend bereikbaar zijn voor een beperkte groep, maar toegankelijk zijn voor iedereen in de samenleving die er gebruik wil van maken. Dit is natuurlijk het cruciale punt van de betaalbaarheid. Bijvoorbeeld: de gedachtevorming stimuleren rond lokale systemen van sociale voedselzekerheid (Zie: sociale voedselzekerheid)
Algemeen: criteria voor (voedings)producten: welke types producten (vers, diepvries, blik, gedroogd, …), gezondheidscriteria, milieucriteria, voedingswaarde, sociale meerwaarde, ethische aspecten, …
Vragen:
Inzake aanbod van verse voeding: enkel seizoensgebonden, of ook paprika, tomaten, komkommer, … uit (duurzame) kassen?
Enkel korte keten of ook biologisch uit verre landen?
Zoveel mogelijk verpakkingsvrij (dus in principe bulkaanbod met verpakking meegebracht door de koper, bv. Robuust Reyndersstraat, EKOS Schelle, plukboerderijen …)?
Betaalbaar maken
Betaalbaarheid is niet een kwaliteit die inherent is aan een bepaald product, maar een kenmerk van de relatie tussen een (potentiële) koper en de koopwaar. Die relatie wordt in belangrijke mate bepaald door de context waarin de klant zich bevindt en de context waarin het product wordt aangeboden. (Je kan wel zeggen dat een product ‘onbetaalbaar’ is of dat het ‘zichzelf uit de markt prijst’, maar dan nog is die onbetaalbaarheid gebonden aan de context van koopkracht en de markt.)
Betaalbaar maken is dus afhankelijk van de (potentiële) klanten die men op het oog heeft. Wie zijn dat?
Ervan uitgaande dat Coop Centraal in de buurt van Driekoningenstraat/Statiestraat blijft, zit je natuurlijk met een lokale bevolking die voor een groot deel niet echt welstellend is. Die mensen vinden overigens zowat alles wat zij nodig hebben aan voeding in lokale zaken, die misschien geen topkwaliteit aanbieden, maar wel prijzen hanteren waarmee Coop Centraal vermoedelijk niet kan concurreren. Het vereist een diepgaande culturele omslag dat mensen er voortaan van uitgaan dat minder kwantiteit en meer kwaliteit zeker opweegt tegen meer kwantiteit van mindere kwaliteit. (Duurzame en duurdere handdoeken gaan veel langer mee dan goedkope handdoeken van de Zeeman; duurder volkoren brood is voedzamer en blijft langer goed dan wit fabrieksbrood dat ’s avonds al niet meer te eten is).
Werken aan die cultuuromslag is een zaak van lange adem. Maar ook: wat als je budget alleen maar toelaat om elke twee maanden goedkope handdoeken te kopen bij Zeeman en niet om elke zes of tien maanden te investeren in duurdere & duurzame handdoeken?
(Wat ik trouwens ook ergens las: How about we stop shaming the poor for buying things that may not be essential, and start shaming the rich for making a profit off things that are essential?)
Daarnaast is er in Oud-Berchem al geruime tijd een zekere gentrificatie of yuppy-isering (of wat de huidige term ook mag zijn) aan de gang. Voor (een deel van) dat publiek speelt betaalbaarheid misschien een kleinere rol dan kwaliteit.
Op het eerste gezicht zijn er minimaal twee opties om zowel het ene als het andere publiek aan te trekken:
- Naast de kwaliteitsvolle, duurzame (biologische) producten ook gelijkaardige producten aanbieden die misschien niet aan alle kwaliteits- en duurzaamheidscriteria beantwoorden, maar wel voor een grotere groep betaalbaar zijn, en die de mogelijkheid creëren die groep in de winkel kennis te laten maken met de andere meer kwaliteitsvolle of duurzame producten.
- Aanhakend bij Jakobs idee: sommige producten ‘reëel’ belasten om met de meeropbrengst ervan andere goedkoper aan te bieden (Pigou-belasting? Zie ook ‘Jat alstublieft ons verdienmodel!’).
Probleem is mogelijk dat door de ‘reële’ prijsstelling van vlees en vis die producten voor zoveel potentiële klanten ‘onbetaalbaar’ worden en zichzelf ‘uit de markt prijzen’, dat de verwachte meeropbrengst die zij zouden moeten genereren niet doorgaat, en zij dus het winstverlies op de goedkoop gemaakte producten niet dekken.
Duurzame voeding betaalbaar maken
De coöp heeft geen invloed op het inkomen of de koopkracht van de potentiële klanten. De coöp heeft enige invloed op de uiteindelijke kleinhandelsverkoopprijs (minimale verrekening van overhead, marketing, winkelinrichting, …). Soms zijn er wel degelijk ernstige verschillen met andere aanbieders (bv. Weleda Skin food body butter 150 ml, € 9,40; bij Bioplanet € 14,90), maar op de verkoopprijs van landbouwproducten of korte keten schijnt vrijwel geen marge te zitten.
Marginale ingrepen in het winkelaanbod zijn mogelijk, bv. zoveel mogelijk inzetten op bulkverkoop (zie bv. Robuust in de Reyndersstraat).
Speelt de vormgeving van de coöperatieve hier een rol? Er is sprake van de aankoop van vier aandelen à € 25 door elke coöperant. Is dat louter een ideële investering in de coop (financiering), of is die investering vereist om toegang te hebben tot de winkel (in theorie het huidige systeem) of biedt dat lidmaatschap ook materiële voordelen aan de klant? Volstaat het om je maandelijks drie uur in te zetten voor de coöp om geaccepteerd te worden als coöperant, desnoods met één 1-euro aandeel? Creëer je in dat geval niet een tweedeling tussen zij die een minimaal aandeel kopen en zich fysiek inzetten en zij die vier (of meer?) aandelen kopen en zich dan misschien vrijgesteld voelen van fysieke medewerking? Doet dit niet een beetje denken aan het afkopen van dienstplicht?
Intussen merk ik dat dit punt zeer gedetailleerd is uitgewerkt in de tweede bijlage bij de agenda voor de AV, ‘Werkbeleid’. In grote lijnen is de regel, begrijp ik: enkel leden mogen aankopen doen in de winkel en iedereen die actief is in het project werkt in principe drie uur per vier weken in de winkel.
Concreet
De idee van betaalbare duurzame voeding is te operationaliseren aan de hand van talloze criteria. Het uitgangspunt is daarbij niet op de eerste plaats een lijst te maken van de noodzakelijke voorwaarden waar producten aan moeten voldoen (daarover verder meer), maar wel criteria aan te leggen voor welke producten wij willen promoten. Een mogelijke variant is de volgende.
Vier criteria voor aangeboden producten; bij de inkoop van bepaalde producten wordt afgewogen of het beoogde product aan minstens één, maar liefst meer van deze criteria voldoet.
a/ Eerlijke arbeidsomstandigheden en vergoeding van de producent (vertrouwen op keurmerken, toetsen bij gespecialiseerde organisaties); eerder producenten in zelfbeheer dan multinationals die op de eerste plaats draaien voor de dividenden aan de aandeelhouders.
b/ Korte keten (impliceert dit seizoensgebonden, of ook ander of exotisch fruit & groente uit duurzame kassen? Hoe duurzaamheid controleren?) Geen of zo min mogelijk belastende verpakking: aanbieden van bulk, recycleerbare verpakking.
c/ Kwaliteit en milieubelasting (biologisch/ecologisch geproduceerd. Vlees uit dierfabrieken, eieren uit legbatterijen: allemaal niet goed/smakelijk/voedzaam genoeg + serieuze ethische problemen. Maar: sommige boeren produceren wel ecologisch, maar doen geen aanvraag keurmerk, vanwege te duur.) Geen producten van vervuilende agro-industrie.
d/ Beste prijs voor consument (= prijs/kwaliteitsverhouding)
Een aantal criteria zal vaak als vanzelf samenvallen, bv. korte keten kan vaak verpakkingsvrij; biologisch voedsel is in principe het minst vervuilend (hoewel: blije koeien in de wei schieten meer methaan in de lucht dan koeien in een stal met afzuig- en verwerkinstallatie voor methaan; zijn zelfstandige producenten wel altijd beter af dan arbeiders bij een stabiel bedrijf?).
Enkele voorbeelden:
Ananas in blik: uiteraard niet Del Monte (VS-multinational, uitbuiting op de plantages, lange reisweg, misschien wel gunstige prijs – a tweet ik niet, ik eet geen ananas uit blik), maar wel Oxfam Fair Trade, (‘leefbaar inkomen voor fairtradeproducenten, zorgplicht voor mensenrechten en milieu’) – hoewel: komt die ananas van dichterbij, is die verpakking milieuvriendelijker, maakt de prijs het product toegankelijker?) Fair Trade lijkt sterker op de criteria a, b en c.
Cosmetica: Weleda Skin food body butter 150 ml, € 9,40, geproduceerd in Duitsland, maar wel verpakt in 85% gerecycleerd glas. Een alternatief is traditionele uierzalf, bv. Uiercrème van Govan 300 ml, € 4,99, geproduceerd in Ardooie, maar wel verpakt in plastic pot. In die zin is het zinvol de uiercrème van Govan aan te bieden, die ‘beter scoort’ op de criteria a en d, en gedeeltelijk b, terwijl Weleda misschien een meer verantwoorde verpakking heeft.
Waar het op neer komt is voortdurend het evenwicht te vinden tussen fundamentalisme en pragmatisme, tussen vasthouden aan een zuiver ideaal en vuile handen maken om dat doel te bereiken. Jakob schrijft in een e-pos: ‘Wat we in Madrid zagen is dat ze daar van ieder type producten drie soorten aanbieden: een versie die ze ethisch ondersteunen, een groot/bekend merk en een goedkopere variant. Zij zijn vooralsnog de enige Europese supermarkt waar we geweest zijn die bijvoorbeeld Coca-Cola aanbieden (als A-merk). Een quote van hen: “We krijgen daar iedere Algemene Vergadering enorm veel kritiek op, maar als je kijkt naar onze verkoopcijfers dan zie je dat hun producten altijd in de 100 meest verkochte producten zitten.” Ook La Louve en de andere Franse supermarkten bieden niet-ethische producten aan (denk bijvoorbeeld De Cecco-spaghetti). Merken als Coca-Cola gaan voor hen wel een brug te ver, daar vraagt ook niemand echt naar bij bijvoorbeeld La Louve. Het gevolg is dat deze winkels minder een bobo-gehalte hebben en dat reflecteert zich ook wel een beetje wie er in wie de winkel bezoekt.’
Ik denk dat het een keuze is die de AV moet maken:
- Werken met bijvoorbeeld de vier criteria zoals hierboven geformuleerd en dus promoten van de duurzaamste variant, eventueel met een ‘tweede keus’
of
- Kiezen voor neutraal aanbod van een of ander ethisch merk + A-merk + goedkope variant.
BIJLAGE 2 WERKBELEID
LID WORDEN
Je wordt lid van Coop Centraal door €25 te doneren aan De Coöperant vzw.
Later in het project zullen we overstappen van een vzw naar een cv en zal elke huidig lid van de vzw een eerste A-aandeel moeten aanschaffen (of B-aandeel indien gewenst).
Vanaf het moment dat je lid bent geworden, verwelkomen we je met een telefoontje met meer info, ook gekend als ‘de onboarding procedure’. Elke maand wordt er eveneens een infomoment voor nieuwe coöperanten georganiseerd (de tweede donderdag van de maand). Hier kun je concreet
kiezen wat voor werk je ziet zitten bij Coop Centraal en leren we elkaar kennen.
Enkel leden mogen aankopen doen in de winkel, we gaan hier momenteel nog soepel mee om, zodat mensen de kans krijgen ons te leren kennen als ze toevallig binnenstappen. Het is wel de bedoeling het concept van de winkel uit te leggen aan mensen die aankopen zonder lid te zijn zodat ze zo snel mogelijk wel lid worden. Zo zien we er op toe dat dit niet op regelmatige basis voorkomt.
WERKEN
Bij Coop Centraal werkt iedereen die actief is in het project in principe drie uur per vier weken. Dit kan op 2 manieren:
- Je wordt vaste coöperant: elke maand neem je op een vast moment een shift Voor het begin van elke maand wordt het overzicht nog eens doorgegeven ter herinnering en bevestigt elke vaste coöperant hun aanwezigheid.
- Je wordt vliegende coöperant: je bent flexibel en kan shiften opnemen waar extra nodig is. Dit gebeurt aan het begin van elke maand via een overzichtsformulier met alle open
Om operatief te zijn dit jaar hebben we elke 4 weken nood aan 30 coöperanten die een shift bijdragen, volgend jaar schatten we in dat dit groeit naar 60.
Het verwachte engagement is dus dat elke actieve coöperant 1 shift per maand opneemt die, tenzij om uitzondering wordt gevraagd, bestaat uit een winkel-, uitpak- of poetsshift. Uitzondering kan gevraagd worden indien de coöperant zich niet in staat acht tot een van deze drie shiften of een
specifieke, nuttige bijdrage kan doen aan het project vanuit hun expertise. Tijd die coöperanten bijdragen in een werkgroep telt doorsnee niet mee als een shift, tenzij dit op voorhand besproken wordt (hoeveel uur werk zal een taak duren en tegen wanneer is deze taak vervuld) en van groter belang is voor Coop Centraal.
Echter omdat het opvolgen van shiften én het project nog in opstart zijn, is elke coöperant op dit moment verplicht om 1 shift per 8 weken op te nemen en starten we met dit werktempo op te volgen. Alle gewerkte shiften worden bijgehouden in de shiftenbank (zie verder).
Op dit moment werkt iedereen die actief lid is van Coop Centraal, er wordt geen rekening gehouden met de grootte van het huishouden of voor hoeveel personen je boodschappen doet. Dit betekent dat zowel een gezin van 5 personen die coöperant is, als een alleenstaande die coöperant is, beide verwacht worden een shift per maand bij te dragen.
Dit kan veranderen in de toekomst na bespreking op een volgende AV.
Indien een coöperant meer werkt dan de vastgelegde 1 shift per 8 weken, worden deze shiften ook bijgehouden in de shiftenbank.
Indien blijkt dat een coöperant de voorbije periode van 2 x 4 weken niet heeft gewerkt, bellen we hen op en bespreken we de ‘Drie opties’ (zie verder). We vertrekken hierbij vanuit het principe van
vertrouwen en hanteren geen straf (bv. presteren van extra shift) aangezien dit ontmoedigend kan werken.
Het is tevens geen optie om meer te betalen en in ruil daarvoor geen shift op te nemen. Dit staat in schril contrast met wat Coop Centraal tracht te doen. Gemeenschapsvorming is één van onze belangrijkste waarden en valt niet af te kopen. Noch is het een optie iemand anders te betalen om je shift uit te voeren.
Kan je je shift niet opnemen door dat je ziek bent of moet zorgen voor iemand die ziek is?
Geef dit zo snel mogelijk door via de Whatsapp-groep of zoek zelf naar vervanging, je moet geen shift inhalen.
Natuurlijk kunnen er altijd onvoorziene situaties voorkomen waarin het tijdelijk niet mogelijk is om te werken voor Coop Centraal. In het geval van ziekte of het overlijden van een naaste, wordt er niet van je verwacht dat je elke 8 weken een shift opneemt.
DE BANK
Een coöperant kan ook gebruikmaken van de Coop Centraal werkbank. Een systeem waarbij je werk dat je extra doet (meerdere shiften van drie uur over een kortere tijdspanne) kan sparen voor volgende maanden. Zo wordt het mogelijk om je taken in enkele maanden af te werken en kan je de overige maanden van de Coop-voordelen blijven genieten. Dit wordt echter niet aangeraden aangezien de winkel continu bemand moet worden en een belangrijk aspect van Coop Centraal de verbinding is tussen coöperanten.
De optie om shiften te verzamelen is voornamelijk voor mensen die aangeven dat ze bepaalde periodes niet kunnen werken, maar wel willen blijven winkelen. Opgespaarde shiften blijven 1 jaar geldig vanaf het moment dat deze gewerkt zijn.
De werkgroep rond werkbeleid is bezig met een systeem uit te werken om dit op te volgen. Je Coop-status kan actief, gepauzeerd of steunend zijn.
INACTIVITEIT ofte HET DRIE OPTIE GESPREK
De drie optieprocedure gaat van start indien blijkt dat een coöperant de voorbije periode van 2 x 4 weken niet heeft gewerkt.
Wanneer dit een nieuwe coöperant is wordt deze opgebeld door het onboarding team.
Indien het een coöperant betreft, die al meerdere keren heeft gewinkeld, valt deze procedure onder offboarding.
In beide gevallen zijn er drie richtingen waarin het gesprek kan evolueren.
OPTIE 1
Coöperant geeft aan geen tijd te hebben om te werken voor het project. (‘Het is te druk’, ‘Coop Centraal past toch niet in mijn leven’)
Er wordt geprobeerd deze coöperant te overhalen lid te blijven van Coop Centraal. De voordelen van Coop Centraal en de doelen op lange termijn worden benadrukt. Er wordt samen met de coöperant gezocht naar kleine haalbare taken. Het is essentieel zo veel mogelijk mensen bij het project
betrokken te houden.
Indien de coöperant toch niet wordt overtuigd, verandert hun status naar ‘steunend lid’. Zij kunnen dan niet meer winkelen of van andere voordelen gebruikmaken. De beller vraagt hier steeds of de coöperant de 2-wekelijkse nieuwsbrief nog wilt ontvangen of enkel de update-nieuwsbrief.
Deze coöperanten kunnen ons altijd contacteren om opnieuw actief te worden en doorlopen dan de standaard onboarding-procedure.
OPTIE 2
Coöperant wil lid blijven en is bereid een shift te werken in het project. (‘Het was druk, ik wil deze maand/ binnenkort een shift opneme’)
Er wordt samen met de coöperant een gepast moment voor een winkel shift gezocht en deze wordt direct ingepland. Die wordt vervolgens uitgevoerd aan de zijde van een ervaren coöperant die deze persoon mee kan motiveren. Indien er geen volwaardige shiften openstaan wordt er gezocht naar
een kleinere taak op maat om de coöperant terug te engageren in onze werking.
De beller vraagt welke aspecten in onze werking ervoor kunnen zorgen dat deze coöperant gemotiveerd blijft.
De status van de coöperant blijft actief indien deze ingaat op het werkaanbod.
OPTIE 3
Coöperant heeft nu tijdelijk te druk in hun leven maar wil wel betrokken blijven.
Er wordt samen met de coöperant overlegd tot wanneer deze inschat geen tijd te hebben en geen
shiften noch aankopen te willen doen. De coöperant geeft aan wanneer deze opnieuw opgebeld wilt worden om terug geactiveerd te worden (dit bedraagt maximaal 9 maanden).
Hun status wordt aangepast van actief naar gepauzeerd.
PRAKTISCHE REGELING WERK
De werkplanning kan je vinden via de webshop, als je ingelogd bent via het kopje ‘Werkplanning’.
Hier vind je zowel het maandelijkse overzicht van de vaste en ingeplande shiften (via Urbain of
eerder via deze link). We werken op dit moment met een maandelijkse planning die minstens twee maand tevoren online verschijnt, wat betekent dat er sommige maanden meer shifts zijn dan andere maanden afhankelijk van het aantal bestelmomenten en het aantal dagen in de maand.
De werkplanning wordt 2 weken voor het begin van een nieuwe kalendermaand ook nog eens via mail doorgestuurd en in de regelmatige mails zullen oproepen staan voor shifts die nog niet ingevuld zijn.
Laat het altijd zo veel mogelijk op voorhand weten als je niet kunt komen werken en ga zelf op zoek naar vervanging via de Whatsapp-kanalen. Zo zorgen we ervoor dat er niemand last-minute hun planning moet aanpassen om ervoor te zorgen dat de winkel toch open is.
Je staat altijd samen met iemand die al winkelervaring heeft, een ‘veteraan’ die weet wat er moet gebeuren tijdens een bepaalde shift. Als je eenmaal wat ervaring hebt opgedaan, kan je ook de rol van veteraan opnemen.
Er zijn enkele terugkerende taken: winkel openhouden, winkel kuisen, levering uitpakken en bestellen bij de groothandel. Voor deze taken wordt ten laatste een dag op voorhand een briefing doorgestuurd met eventuele speciale aandachtspunten, daarnaast bestaat er voor elk van deze taken een draaiboek (inclusief checklist).
- Vraag AV: Kan iemand anders werken voor jullie?
UITSTAPPEN
Op dit moment werken we nog via de bestuursvorm vzw en is het niet mogelijk je donatie terug te krijgen als je geen lid meer wilt zijn van het project. Vanaf het moment dat we overstappen naar de CV (eind januari), koop je een aandeel aan.
Als je uitstapt kan je je aandelen verkopen aan de coöperatie als ze drie jaar in je bezit zijn, dit om de stabiliteit van het project te bewaren.
B2B-BELEID
Op de vorige Algemene Vergadering was er discussie over of bedrijven die bij ons aankopen een C- aandeel moeten aanschaffen.
In de voorlopige statuten staat namelijk dat we naast een A- en het B-aandeel een C-aandeel aanbieden voor rechtspersonen. Zij zouden een of meerdere aandelen van honderd euro aankopen om ons te steunen en de band tussen hun organisatie en Coop Centraal te verstevigen. Dit biedt hen de kans om actief betrokken te raken bij ons project en te genieten van een voordelige marge van 20%.
Coop Centraal is een participatief project dat wil aantonen hoe we door samenwerking allemaal vooruit kunnen. Dat moet zich ook vertalen in onze B2B-aanpak (business to business). Daarom stellen we een systeem met drie opties voor de netto-marge voor:
- 25%
De rechtspersoon bezit een C-aandeel en levert ieder jaar een tegenprestatie. Het bestuur beslist of deze tegenprestatie voldoende is. Die tegenprestatie zorgt ervoor dat er een echt partnerschap ontstaat: dit kan zich uiten op verschillende manieren bv. organiseren van proefmoment, bezoek aan het bedrijf, inzetten van expertise voor de winkel op een overeengekomen wijze. Coop Centraal zoekt in ruil voor deze inzet ook naar manieren waarop we deze rechtspersoon kunnen ondersteunen. Dit is de standaard B2B-aanpak
- 20%
B2B-klanten kunnen van een getrouwheidskorting genieten als zij erg grote afnemers zijn. Ieder
kwartaal krijgt iedere B2B-klant 5% korting als die het vorige kwartaal voor meer dan €1000 bestelde. We verwachten wel nog steeds dat zij een C-aandeel hebben en een tegenprestatie leveren.
- 30%
Als de rechtspersoon bestelt bij Coop Centraal (ongeacht de frequentie) en geen C-aandeel wenst te kopen of bij te dragen op een andere manier, geldt er een hogere marge. Dit vanuit een principe van eerlijkheid naar de coöperanten toe, en als aanmoediging om een actievere relatie op te bouwen.
- 10%
Coop Centraal wil meebouwen aan een mooiere wereld. De makkelijkste manier om dat te doen, is door te doen wat we goed kunnen: voedsel en andere producten verdelen. Daarom kunnen initiatieven toestemming vragen om een lagere marge te krijgen. Om gebruik te kunnen maken van deze lagere marge vragen ze toestemmeing via de Algemene Vergadering, indien er in de termijn tussen de aanvraag en het event geen AV plaatsvindt, geeft de Raad van Bestuur goedkeuring en vermelden ze dit op de volgende AV. Ook van hen verwachten we een tegenprestatie.
Er wordt gewerkt aan een charter voor het 10% aandeel
BIJLAGE 3:
Tijdens de AV in augustus werd een eerste keer de discussie geopend om vlees te verkopen in de coop. De meningen waren divers en er was veel enthousiasme om de discussie aan te gaan!
Om alle meningen aan bod te laten komen, kozen we voor format in drie sessies. Het is aangeraden om alle sessies te volgen zodat iedereen mee is met alle informatie, maar kom ook zeker als je niet het volledige traject kan meedoen.
De sessies worden gemodereerd door cooplid Coen. Sessie 1. Open Forum (eind januari – 25 januari)
Tijdens deze eerste sessie willen we alles horen wat jullie denken over vlees! Daarom nodigen we iedereen uit om het forum toe te spreken. Je krijgt twee minuten spreektijd om je visie te delen met de leden. Na elke spreker, openen we het forum voor vragen om verduidelijking. Zodra alle sprekers gehoord zijn, openen we het forum voor een eerste groepsdiscussie.
Wil je je graag opgeven als spreker? Contacteer ons met je mening in één zin samengevat, zodat we de volgorde van de sprekers kunnen bepalen.
Voel je tijdens het forum zelf de energie om zelf ook twee minuten het forum toe te spreken? Dat kan! Na de ingeschreven sprekers, kan iedere aanwezige het forum voor 2 minuten toespreken.
Sessie 2. De Experten (eind februari)
Op basis van meningen gedeeld tijdens de eerste sessie, nodigen we een aantal experten uit om hun visie te delen en om ook met hen het gesprek aan te gaan.
Sessie 3. Wat gaan we doen? (midden maart)
Discussie! Gaan we als coop vlees verkopen of niet? Welk vlees, onder welke principes? Op basis van deze sessie, maken we een eerste visie van de coop over vlees.
Voor meer informatie, kan je Mirte, Tessa of Tom contacteren. De exacte data van de comissie worden op de AV meegedeeld.
Verslag Algemene Vergadering 24/10 over Statuten
Op 24/10 hield Coop Centraal een vergadering over de statuten voor Coop Centraal cv in De Studio van 20u tot 22u.
De agenda bestond uit:
– Toelichting verschil De Coöperant VZW en Coop Centraal CV
– Goedkeuring statuten
– Goedkeuring financieel plan
– Jaarrekening De Coöperant VZW 2023
Wat is het verschil tussen De Coöperant VZW en Coop Centraal CV?
De Coöperant vzw:
Promoot en versterkt initiatieven die de economie democratiseren en waardegedreven maken.
Creëert een blauwdruk voor het model van de democratische supermarkt
Bestaat uit vrijwilligers.
Organiseert voornamelijk evenementen en kan op termijn achter de schermenadvies verlenen aan opstartende initiatieven.
Is twee jaar geleden in allerijl opgericht om te kunnen starten met de winkel.
Op dit moment staan Tom, Mirte en Jakob in het staatsblad als de bestuurders van de VZW. Alle huidige coöperanten zijn
toegetreden leden, die volgens onze huidige statuten geen stemrecht hebben.
Om die democratische lacune te doorbreken willen we de CV oprichten. Tot nu toe zijn de enige beslissingen van de VZW geweest om de jaarrekeningen van 2022 en 2023 goed te keuren. Heb je interesse om betrokken te raken in De Coöperant VZW, laat ons dan iets weten!
Coop Centraal cv-so:
Democratische supermarkt waarin alle leden werken 3u per maand meewerken.
Zet zich in om de positie van haar leden te verbeteren en een positieve impact te hebben op de samenleving.
Voert voornamelijk transacties in de kleinhandel uit, eventueel aangevuld met het organiseren van evenementen.
En concreet ziet het er zo uit:
Als je naar onze winkel gaat en je koopt er een pak koffie, dan koop je een pak koffie van Coop Centraal CV-SO.
Sta je de week erop in de winkel, dan doe je dat als vrijwilliger van De Coöperant VZW. Zo omzeilen we een grijze zone in de wetgeving.
Ga je de week erop naar een volkskeuken voor en door coöperanten, dan is die wellicht georganiseerd door Coop Centraal CV-SO.
Ga je enkele dagen naar een bijeenkomst over Commons (bijvoorbeeld in het kader van Over Commons en Coops :)) dan zal die georganiseerd zijn door De Coöperant VZW.
Verhuis je een jaar later naar Gent en wil je daar met een paar vrienden een democratische supermarkt openen, dan geeft De Coöperant VZW je met alle plezier informatie over wat je nodig hebt en hoe je daar aan komt.
WAAROM DIT ONDERSCHEID?
Het is onduidelijk in de wetgeving of een sociale onderneming vrijwilligers mag inzetten. Een VZW mag dat sowieso.
Op die manier kunnen we coöperanten verzekeren en beschermen.
Moest het plotseling erg slecht gaan met Coop Centraal, dan houden we de opgebouwde middelen in De Coöperant VZW bij. Denk daarbij aan bijvoorbeeld drukkerij De Wrikker CV die overgenomen werden, terwijl het gebouw dat ze kochten
nog steeds in handen van Bijdruk VZW is.
Zo kunnen we verschillende vormen van financiering realiseren. Coöperaties kunnen zelden aanspraak maken op subsidies, maar zijn wel veel geschikter om kapitaal mee op te halen. VZW’s worden dan weer sterk gesteund vanuit de overheid, maar het is veel moeilijker om er private middelen mee te halen.
RELATIE DE COÖPERANT VZW – COOP CENTRAAL CV-SO
De Coöperant VZW helpt Coop Centraal in het verspreiden van haar maatschappelijke boodschap. In de toekomst zou De Coöperant VZW de middelen beheren die nuttig zijn voor alle democratische supermarkten, denk bijvoorbeeld aan de IT-software van BEEScoop en het merk Coop Centraal. De Coöperant VZW zou ook instaan voor de verdere ontwikkeling van het model. Coop Centraal zou dan weer een belangrijke vorm van inkomsten moeten zijn voor De Coöperant VZW.
Statuten
Supermarkt bouwt iets ons en blijft van de supermarkt, maar er zijn geen personen peroonlijk verantwoordelijk voor.
Coop Centraal wil statuten indienen om een CV-SO te creëren. Dat staat voor, in dure woorden, een coöperatieve vennootschap – sociale onderneming.
Coöperatief betekent dat we de hoeveelheid stemmen die mensen hebben niet laten afhangen van hoeveel aandelen zij hebben, maar dat iedereen een gelijke stem heeft.
Coöperaties zetten zich in tegenstelling tot bijvoorbeeld Naamloze Vennootschappen in voor een specifiek doel dat niet winst maken is. Ze mogen in principe een dividend uitkeren van maximaal 6% winst per jaar, met Coop Centraal zullen we geen dividenden uitbetalen aan onze coöperanten.
Een vennootschap betekent dat de bestuurders niet aansprakelijk zijn als het bedrijf failliet gaat. Dat wil dus zeggen dat als we schulden maken die we niet kunnen betalen de mensen die de organisatie beheren niet hun spaargeld moeten afgeven. Als
aandeelhouder of coöperant ben je beperkt aansprakelijk: het geld dat je investeert in de coöperatie blijft van jou, maar als de coöperatie failliet gaat ben je dat geld wel kwijt.
Een sociale onderneming is tenslotte een keurmerk van de overheid waarmee we aantonen dat de sociale impact van Coop Centraal centraal staat, ook bestaat het concept in de Europese beleidscontext. De Vlaamse Overheid definieert de sociale onderneming als volgt:
- tewerkstelling en competentieversterking in kansengroepen
- transparantie
- kwaliteit en duurzaamheid
- duurzame ontwikkeling
- voorrang van arbeid op kapitaal
- democratische besluitvorming
- maatschappelijke inbedding
Statuten kan je zien als de grondwet van een organisatie. Elke organisatie die erkend wordt door de overheid moet ze publiceren in het staatsblad en als de bestuurders een inbreuk maken op de statuten kan dat grote persoonlijke consequenties hebben. Om statuten te wijzigen heb je een 2/3e meerderheid nodig van alle coöperanten (je moet dus
minstens 66% van de coöperanten op een AV krijgen). Het is dus belangrijk dat we ze van de eerste keer goed hebben. Daarom stellen we onze statuten onder begeleiding van Hefboom.
De statuten zijn op dit moment nog niet afgewerkt, wel besproken we de kernideeën achter onze statuten:
zowel 1) het doel van Coop Centraal cv als 2) het voorwerp van de vennootschap als 3) de coöperatieve waarden en normen, 4) de aandelenstructuur en 5) de werking van onze bestuursorganen.
1) Het doel van Coop Centraal cv
Voor een subsidie-aanvraag van het Departement Werk en Sociale Economie moesten we
de impact van onze onderneming definiëren en linken aan concrete parameters waarmee
we onze impact meten. Zo kwamen we op zes doelstellingen van Coop Centraal CV:
SOCIALE COHESIE VERSTERKEN
Supermarkten zijn zowat de meest diverse plekken in onze samenleving. Iedereen heeft immers eten nodig. Coop
Centraal wil dat sociale potentiëel realiseren en van winkels weer plekken maken waar mensen samenkomen. Dat doen
we door onze manier van werken, maar ook door extra evenementen te organiseren voor coöperanten.
Indicator: aantal gemeenschapsvormende activiteiten en aantal deelnemers
DUURZAME VOEDING BETAALBAAR MAKEN
De grootste drempel voor mensen om duurzaam te consumeren is de prijs. Daarom wil Coop Centraal
duurzame voeding betaalbaarder te maken. Dat probeert ze vooral te realiseren met haar unieke werkmodel en anderzijds door een dynamisch prijsbeleid waarbij er een lagere marge wordt gehoffen op duurzame oplossingen
zoals plantaardige voeding en afvalarme huishoudproducten. Dat wordt gecompenseerd door een hogere marge op producten met een grote ecologische voetafdruk.
Indicator: brutomarge duurzame producten
EXPERIMENTEREN MET ALTERNATIEVE DISTRIBUTIE
Coop Centraal wil alternatieve distributiesystemen, zoals korteketensamenwerkingen en afvalarme en-vrije oplossingen, makkelijk beschikbaar maken bij een breed publiek. Het project zal zich echter niet beperken tot die producten om ook nieuwe mensen in contact brengen met deze oplossingen.
Indicator: aantal samenwerkingen rechtstreeks met een producent
DEMOCRATISCHE BESLUITVORMING
Coop Centraal is een democratische supermarkt. Alle strategische beslissingen moeten goedgekeurd worden
op de Algemene Vergadering waar alle coöperanten een gelijke stem op hebben. Zo wakkeren we dialoog
rond verschillende opvattingen over voeding aan.
Indicator: percentage leden aanwezig op de Algemene Vergadering
EMANCIPATIE
Coop Centraal wil mensen inspireren en ondersteunen om het heft in eigen handen te nemen wanneer ze geconfronteerd
worden met een probleem. Dat willen we doen door mensen mee te betrekken in de besluitvorming en waar mogelijk op te
leiden en te vormen.
Indicator: aantal vormingen en aantal deelnemers
HERINVESTEREN VAN OUTPUT
Bij Coop Centraal is winst een middel en geen doel. Extra inkomsten investeren we in coöperanten of in de samenleving.
Dat geldt ook voor eventuele overschotten aan werkuren van coöperanten.
Opmerkingen AV over doel van Coop Centraal CV:
- Vraag:
Hoe ziet het herinvesteren van output eruit in de praktijk? Wat doen we met overschot van tijd en hoe beslissen we dit?
Antwoord:
Samen met alle coöperanten kiezen we projecten of doelen uit die in onze missie passen die mensen willen uitvoeren. Op dit moment is het herinvesteren van output een doel waar we op langere termijn naar toe willen werken, de eerste twee doelen hebben op dit moment prioriteit. Als de winkel stabiel draait hopen we dat de andere doelen van daaruit verwezenlijkt kunnen worden. - Opmerking:
Ik ben het eens met de meeste van deze stellingen maar ze zijn eerder abstract, de échte discussies vinden plaats in de praktische vraagstukken waar we nu mee omgaan zoals het wel of niet aanbieden van vlees, de mate waarin we een verpakkingsvrij aanbod willen hebben en de balans tussen een one-stop shop zijn waarin iedereen alle producten kan vinden die die nodig heeft of enkel een ecologisch aanbod te hebben.
Conclusie AV over doel van Coop Centraal CV:
De 6 doelstellingen zijn goedgekeurd.
2) Het voorwerp van een vennootschap
Het voorwerp van een vennootschap bepaalt waar de vennootschap zich mee bezig kan en mag houden. Dit is vooral belangrijk als voor de aansprakelijkheid als er activiteiten zouden gebeuren die niet binnen dit voorwerp vallen.
Op basis van knip- en plakwerk van andere gelijkaardige initiatieven kwamen we met dit voorstel, dat nog getoetst zal worden aan een professional.
Coop Centraal is een autonome organisatie van personen die zich vrijwillig verenigen om hun gemeenschappelijke economische, sociale of culturele behoeften en ambities te behartigen door middel van een onderneming waarvan ze samen eigenaar zijn en die ze democratisch controleren. De onderneming zal actief zijn in de productie, verwerking en groot- en kleinhandel van consumptiegoederen, de organisatie van evenementen en vormingen en het stimuleren van een democratische economie op alle mogelijke manieren.
Ze kan optreden als beheerder of vereffenaar van elke vennootschap, vereniging of onderneming met een gelijkaardig of verwant doel, al dan niet als rechtspersoon. Zij mag op gelijk welke wijze een belang nemen in elke vennootschap, vereniging of onderneming met een doel dat gelijkaardig is aan of verwant aan het hare of die de ontwikkeling van haar activiteiten kunnen bevorderen.
In dit kader heeft de vennootschap, voor eigen rekening, voor rekening van derden of in tijdelijke handelsvennootschappen, tot doel in België of in het buitenland, het beheer van onroerende goederen, d.w.z. de aankoop, ruil, verkoop, huur of onderhuur, met of zonder aankoopoptie, en de uitbating van vastgoed, de uitbating en het onderhoud van huizen, flats, kantoren, winkels, handelszaken, terreinen, grond en landgoederen, en in het algemeen alle vastgoedactiva, evenals het uitvoeren van financieringstransacties.
Opmerkingen AV:
De AV dacht na over welke activiteiten we mogelijks willen uitvoeren in de toekomst maar niet vermeld staan in de tekst.
Zoals het produceren van voedsel (in een toekomstige samenwerking met een boer) en het bijhorende eventuele aankopen van grond als ook het bereiden of verwerken van voedsel(overschotten) en het verkopen van onze ervaring en expertise.
Ook kwam de vraag of het transporteren of verdelen van consumptiegoederen apart vermeld moet worden, indien we zouden starten met een systeem waarin we bv. aan huis of aan kantoren leveren of dat dit valt onder de bestaande tekst.
Een andere vraag was in welke mate we best een nieuw orgaan opstarten indien we extra activiteiten opstarten in plaats van alle doelen mee te nemen in onze huidige statuten, in het kader van risicospreiding.
De opmerking dat we best de doelstellingen zo breed mogenlijk stellen om ons niet te beperken kwam ook aan bod.
Vraag AV: Wat is er weggelaten uit de statuten van andere coops?
Conclusie AV: De AV keurt deze versie van het voorwerp van de vennootschap goed zolang er verder gewerkt wordt met de gegeven opmerkingen.
3) De coöperatieve waarden en normen
Om erkend te worden als CV en deel te mogen zijn van de Nationale Raad van Coöperaties moet je de internationale coöperatieve principes (van ICA, de International Coöperative Alliance) onderschrijven in je statuten. Dat zorgt ervoor dat je een aantal financiële en juridische voordelen krijgt, los van dat we deze principes zelf ook belangrijk vinden.
- Vrijwillig en open lidmaatschap
Coöperaties zijn vrijwillige organisaties. Ze staan open – zonder seksuele, sociale, raciale, politieke of religieuze discriminatie – voor alle personen die de diensten ervan kunnen benutten en het maatschappelijk doel onderschrijven. Door hun toetreding aanvaarden de vennoten de verantwoordelijkheden van het lidmaatschap en onderschrijven ze het principe van gelijkwaardigheid tegenover andere vennoten. - Democratische controle door de leden
Coöperaties zijn democratische organisaties, gecontroleerd door hun vennoten, die actief deelnemen aan het beleid en de besluitvorming. De leden van de coöperatie staan op voet van gelijkheid. Iedereen kan mee beslissen, onafhankelijk van het ingebrachte kapitaal. - Economische participatie door de leden
Coöperanten hebben een dubbele relatie met hun onderneming: ze zijn zowel aandeelhouder als gebruiker van de geleverde diensten of producten. Het kapitaal van de coöperatie wordt gekenmerkt door billijke bijdragen en een democratische controle door de vennoten. Gewoonlijk is minstens een deel van het kapitaal gemeenschappelijk bezit
van de coöperatie. Meerwaardecreatie en winstverdeling : vennoten ontvangen gewoonlijk een beperkt rendement op het ingebrachte kapitaal (aandeelhoudersmeerwaarde), daarnaast wordt de winst gebruikt voor een of meerdere
van de volgende doelstellingen: de ontwikkeling van de coöperatie, het aanleggen van (ten dele ondeelbare) reserves, voordelen voor de vennoten in verhouding tot hun transacties met de coöperatie (gebruikersmeerwaarde), en de ondersteuning van andere activiteiten die de goedkeuring van de vennoten meedragen. De dienstverlening aan de coöperanten staat daarbij centraal. - Autonomie en onafhankelijkheid
Coöperaties zijn autonome zelforganisaties die gecontroleerd worden door hun leden.
Wanneer coöperaties akkoorden sluiten met andere organisaties, inclusief overheden, of kapitaal aantrekken van externe bronnen, dan doen ze dat op een manier die de democratische controle door de leden en de autonomie van de coöperatie weet te waarborgen. - Onderwijs, vorming en informatiestrekking
Coöperaties voorzien in onderwijs en vorming voor hun leden, hun verkozen vertegenwoordigers, hun managers en hun werknemers, zodat deze op een doeltreffende manier kunnen bijdragen aan de ontwikkeling en de eigenheid van de coöperatie. Ze informeren het ruimere publiek – met in het bijzonder jongeren en opiniemakers – over de aard en de voordelen van de coöperatie. - Samenwerking tussen coöperaties
Coöperaties bedienen hun vennoten het meest effectief en versterken de coöperatieve beweging door samenwerking via lokale, nationale, regionale en internationale structuren. - Aandacht voor de gemeenschap.
Coöperaties werken voor de duurzame ontwikkeling van hun gemeenschap via beleidsmaatregelen die goedgekeurd worden door de leden.
Coop Centraal voegt daar twee kernwaarden aan toe:
A. Ecologisme
Coop Centraal neemt de natuurlijke wereld mee in acht wanneer zij beslissingen maakt en neemt maatregelen om haar schadelijke impact te beperken.
B. Sociale rechtvaardigheid
Coop Centraal is zich ervan bewust dat de wereld ongelijk is en neemt maatregelen om die ongelijkheid te verkleinen. Wanneer de vennootschap beslissingen maakt houdt ze in het achterhoofd dat niet iedereen dezelfde middelen en kennis heeft.
Opmerkingen AV:
- Wat met mensen die lid willen worden maar niet akkoord zijn met deze waarden?
- Zij mogen na drie jaar hun aandelen uit de coöperatie halen (zie onder).
- Principe 6 stelt dat we ook zullen samenwerken met andere winkels zoals de onze? Hoe concreet is deze waarde? Zijn we hiertoe verplicht?
- De coöperatieve waarden zijn een leidraad, we zijn niet verplicht om een samenwerking op te starten met alle coöperaties die met dezelfde thema’s bezig zijn maar proberen wel om andere coöperaties te ondersteunen of te kiezen om mee samen te werken indien mogelijk. Indien iemand vindt dat we niet voldoende de coöperatieve waarden onderschrijven, dienen zij te bewijzen dat dit niet het geval is.
4) De aandelenstructuur
Om onze financieringsnoden te vervullen hebben we in het eerste jaar na de oprichting €12 000 in kapitaal nodig. Dat geld willen we ophalen via de verkoop van aandelen. Om onze financieringsnood te realiseren kopen coöperanten bij voorkeur 4 A-aandelen. Niet iedereen heeft €25 op overschot, m ensen die dat verkiezen kunnen een B-aandeel kopen, wat hen de mogelijkheid biedt om tegen een lagere investering coöperant te worden.
Rechtspersonen betalen honderd euro om ons te steunen, wat hen de kans biedt om actief betrokken te raken bij ons project, zij mogen enkel een C-aandeel aankopen.
De overheid steunt ons met Tax Shelter, waarmee je tot 45% van het bedrag dat je investeert kan terugtrekken van de belastingen. Let wel op, want als Coop Centraal failliet zou gaan ben je je geld wel kwijt. We keren geen dividenden uit, en als de vennootschap ontbonden wordt, gaat het surplus naar De Coöperant VZW.
Elk aandeel geeft een gelijk stemrecht en als je je aandelen verkoopt krijg je evenveel geld terug als wat je had geïnvesteerd. Je kan je aandelen verkopen aan de coöperatie in de eerste zes maanden van een boekjaar als ze drie jaar in je bezit zijn. Zo verzekeren we de continuïteit van ons project. Aandelen van coöperanten die komen te overlijden kunnen overgaan naar erfgenamen of uitbetaald worden volgens de voorkeur van de coöperant. Aandelen worden goedgekeurd door het bestuursorgaan.
Mensen die aandelen aankopen ondertekenen de doelstellingen van Coop Centraal. Op die manier kunnen we eventuele individuen met kwalijke belangen uit de coöperatie zetten, denk bijvoorbeeld aan concurrentie die onze werking stil wil leggen. De kans is klein dat het ooit gebeurd, maar de optie is wel handig als het nodig zou zijn. De Algemene Vergadering beslist met een gewone meerderheid over de uitsluiting van coöperanten.
Vragen AV:
- Hoe zit dat met de 25 euro die ik al betaald heb?
- Dat was een donatie aan De Coöperant vzw, vanaf we de CV hebben opgericht koop je een aandeel om officieël coöperant te worden. We raden je aan om 4 A-aandelen te kopen maar dit is niet verplicht. We mogen de donaties niet overzetten naar de CV.
- Hoe kan ik als persoon veel investeren in Coop Centraal?
- Koop een groot aantal A-aandelen.
- Hoe schatten we de impact in van bedrijven die C-aandelen aankopen in?
- We vermoeden dat dit eerder minimaal zou zijn, als symbolische steun. Dit omdat we geen divident uitkeren en het geen economisch voordeel biedt aan bedrijven.
- Is het C-aandeel verbonden met B2B-verkoop?
- Aanwezigen op de AV-vinden dit een goed idee, de details hiervan moeten nog beter uitgewerkt worden (moet of mag een ander bedrijf een aandeel kopen als ze willen inkopen voor ons, krijgen ze dan betere marges op de aankoop van onze producten, is er een schaalvoordeel voor grotere bedrijven?). Tot op heden betaalden bedrijven een hogere marge op onze producten.
==> Het dagelijks beheer stelt een voorstel op voor de volgende AV (15/12) omtrent het C-aandeel.
- Aanwezigen op de AV-vinden dit een goed idee, de details hiervan moeten nog beter uitgewerkt worden (moet of mag een ander bedrijf een aandeel kopen als ze willen inkopen voor ons, krijgen ze dan betere marges op de aankoop van onze producten, is er een schaalvoordeel voor grotere bedrijven?). Tot op heden betaalden bedrijven een hogere marge op onze producten.
- Je krijgt stemrecht als je coöperant bent, geldt je stem even hard mee als je niet actief deelneemt in de werking?
- Alle aspecten rond werkbeleid worden ingeschreven in ons Huishoudelijk Reglement (dit kan eenvoudiger aangepast worden dan de statuten).
- Wat met producenten? Kopen zij ook een aandeel?
- Op dit moment zijn we een consumenten-coöperatie, daarom is er geen aandeel voorzien voor producenten (wat bijvoorbeeld wel het geval is bij Rico in Deurne). Producenten kunnen wel een aandeel kopen als persoon of als bedrijf, het Dagelijks Beheer denkt verder na over hoe we hier transparantie in kunnen creëeren.
- Een concurrent van Coop Centraal kan nu makkelijk met voldoende mensen de Algemene vergadering proberen te kapen, hoe verkomen we dit?
- De AV kan de beslissingen maken met een ⅔ meerderheid van de aanwezigen om iemand uit Coop Centraal te zetten op basis van gegronde redenen.
- Kunnen we ons sociaal passief en/of aandelen investeren aangezien dat nuttiger is dan het op de bank te laten staan. Hoe wettig is dit?
Opmerkingen AV:
- Wanneer we overstappen naar de CV geeft je aandeel je het recht om te stemmen op de Algemene Vergadering en zullen we bijhouden welke coöperanten aanwezig waren, tot op heden waren de AV’s niet rechtsgeldig.
- Als je je aandelen verkoopt na 3 jaar, krijg je het bedrag terug dat je origineel inlegde.
- We moeten ervoor zorgen dat de coöperanten het grootste aandeel stemmen hebben op de Algemene Vergaderingen.
- Er is geen reden om producent een aandeel te geven, behalve mogelijks een sterkere link en iets meer inspraak voor hun over hun standpunt in het verhaal en solidariteit naar hen toe. Zij kunnen ook spreken en aanwezig zijn om de Algemene Vergadering zonder stemrechtig te zijn. Best dat we eens nadenken of deze inspraak hebben bij AV’s of op een manier gerepresenteerd worden in de Raad van Bestuur.
5) De werking van onze bestuursorganen
Coop Centraal heeft drie organen die beslissingen kunnen nemen.
De Algemene Vergadering (AV) heeft de eindverantwoordelijkheid en bekrachtigt met zorgvuldigheid en nauwkeurigheid alle genomen beslissingen, waarbij het belang van de leden altijd centraal staat.
Het dagelijks beheer, vaak gezien als de ruggengraat van de organisatie, behandelt niet alleen de administratie, de bestellingen van producten en zorgt ervoor dat alles vlot verloopt, maar coördineert ook de communicatie tussen de verschillende afdelingen en stakeholders om een efficiënte werking te waarborgen.
Het bestuur bestaat uit mensen met expertise in een relevant domein voor Coop Centraal en heeft drie verantwoordelijkheden: het neerleggen van een jaarrekening (juridisch verplicht), het maken van een gedegen begroting en het tekenen van de krijtlijnen voor de strategie van het volgende jaar, waarbij de lange termijnvisie van de organisatie wordt meegenomen.
De AV kan werkgroepen of commissies creëren die adviezen schrijven over gevoelige onderwerpen, en deze werkgroepen fungeren als belangrijke adviesorganen, die specifieke expertise inbrengen voor een weloverwogen besluitvorming. Als Coop Centraal de politiek zou zijn, zouden de bestuurders de regering zijn, de AV het parlement en het Dagelijks Bestuur de ambtenaren, met dat verschil dat het parlement een enorme meerderheid heeft ten opzichte van de regering, wat essentieel is voor de democratische legitimiteit van besluiten.
HET BESTUUR
Bestuurders hebben een mandaat van twee jaar en worden verkozen door een gewone meerderheid in de AV, wat een transparant en eerlijk proces garandeert. Zij organiseren drie keer per jaar een Algemene Vergadering (eind februari (jaarrekening), eind juni (strategie) en eind oktober (begroting)), waarbij ze de leden actief betrekken bij de besluitvorming. Bestuurders kunnen hun mandaat oneindig verlengen, maar moeten wel telkens
herverkozen worden, wat de continuïteit en stabiliteit binnen het bestuur bevordert. Wanneer ze een belangenconflict hebben, dienen ze zich afzijdig te houden om de integriteit van de organisatie te waarborgen. Er zijn minimaal drie en maximaal tien bestuurders, wat zorgt voor een goede balans tussen betrokkenheid en efficiëntie. Voor de samenstelling van
het bestuur willen we op zijn minst deze profielen vinden: een gedelegeerd bestuurder (iemand die ook in het dagelijks bestuur zit), die tevens de verantwoordelijkheid heeft om de strategische doelen te aligneren met de operationele uitvoering.
- Iemand uit de coöperatieve sector
- Iemand met ervaring in retail/supermarkten
- Iemand uit het commerciële circuit
- Iemand die specifiek de belangen van coöperanten verdedigt
- Iemand met een juridische achtergrond
- Iemand met een achtergrond in marketing of promotie van projecten.
- Iemand met contacten in de socio-culturele wereld.
Op 15 december zullen we opnieuw een AV organiseren waarin gewone beslissingen worden genomen. We stellen dan een bestuursteam voor, al kan iedereen zich kandidaat stellen.
Op deze AV stelden Bram Leroux (die voor Wooncoop werkt en de positie ‘Iemand uit de coöperatieve sector’ zou invullen) en Katrien Van den Bleeken (werkt voor RICOlab & op het veld, maakt de connectie tussen stad en land en heeft ervaring met het organiseren van boerenmarkten in Antwerpen, vult de positie ‘Iemand met ervaring in retail/supermarkten’ in) zich voor.
DAGELIJKS BEHEER
Het dagelijks beheer voert de beslissingen van het bestuur uit. Een voorbeeld: het bestuur beslist (met goedkeuring van de AV) dat er nood is aan een diepvries en welk budget daarvoor vrijgemaakt kan worden, het dagelijks bestuur beslist welke diepvries dat zal zijn. Het dagelijks bestuur beslist bovendien over welke producten aangekocht worden en welke uit het assortiment verdwijnen. Op dit moment bestaat de niet-officiële versie van het Dagelijks Bestuur uit Jakob, Tom, Nelles, Tim, Amre, Seppe, Mirte en Rob en is al hun werk vrijwillig. Op termijn zal het Dagelijks Bestuur bestaan uit een aantal betaalde werknemers die garanderen dat alles vlot verloopt. Dagelijkse bestuurders worden aangesteld voor een periode van twee jaar en moeten telkens herverkozen worden. Het hoofddoel van dit bestuur is het garanderen van stabiliteit bij permanente verantwoordelijkheden.
In december stellen we een ploeg voor voor het Dagelijks Bestuur. Wordt je graag medebeheerder, laat ons dan iets weten, dan spreken we eens af.
Opmerkingen AV:
Wat zijn de verwachtingen van dagelijks beheer en wat zijn de verwachtingen van cooperanten over het dagelijks beheer? Kan het goed zijn om hier iets van te noteren in het huisreglement?
DE ALGEMENE VERGADERING
De Algemene Vergadering is de vergadering waarop alle coöperanten zijn uitgenodigd en waarop iedereen een gelijk stemrecht heeft. Naast de grote thema’s die hierboven bepaald werden, wordt op iedere AV ook beslist over zaken waar coöperanten een direct gevolg van hebben (denk aan het al dan niet gebruiken van Urbain op de vorige AV).
Fundamentele koerswijzigingen moeten ook op de AV goedgekeurd worden.
Coöperanten kunnen een motie voorleggen aan de AV als minstens twee andere coöperanten die steunen. Coöperanten kunnen de statuten wijzigen als minstens 2/3e van de coöperanten aanwezig zijn en het voorstel steunen. Aanpassingen aan een eventueel intern reglement gebeuren met een 2/3e meerderheid van de aanwezige coöperanten.
Vragen AV:
- Alle structuren krijgen nu wel eigenaarschap, hoe voorkomen we dat hier heel veel werk in gestoken wordt en de AV deze voorstellen dan gewoon afkeurt of dat de AV een praatbarak wordt?
- Werkgroepen doen concrete, uitgewerkte voorstellen op de AV.
De AV formuleert duidelijk waar ze het mee oneens zijn als ze een motie of voorstel afkeuren.
De AV wordt begeleidt door een moderator.
- Werkgroepen doen concrete, uitgewerkte voorstellen op de AV.
- Wat is het aantal aanwezigheden drempel om beslissingen te nemen op de AV?
- Er is geen minimum van aanwezigen op een beslissing te maken, het is dus belangrijk om naar de AV’s te komen en je daar uit te spreken.
- Op dit moment is er weinig transparantie over wie waar verantwoordelijk voor is, hoe verbeteren we dit?
- Komt op 15/12 op de volgende Algemene Vergadering beter aan bod waarbij we ook enkele Werkgroepen terug leven in blazen, het Dagelijks Bestuur weet dat dit nu eerder onduidelijk is.
Financieël plan
We werkten een plan uit waarmee Coop Centraal in 2026 zelfbedruipend is. Dat betekent dat de winkel met gemak haar vaste kosten financiert en een haltijdse werkkracht betaalt die ervoor zorgt dat de winkel gegarandeerd open is tijdens de openingsuren en dat de administratie in orde is. Om dat te realiseren zullen we de komende twee jaar moeten verdubbelen qua omzet en inkomen. Dat denken we te kunnen doen door op vier manier uit te breiden.
Coop Centraal heeft namelijk nog een groot groeipotentieel.
Zo heeft het zich tot op heden beperkt tot kruidenierswaren en drogisterijproducten.
Door het assortiment uit te breiden met (meer) verse producten en aardappelen, groenten en fruit (AGF) worden we een one-stop-shop, waar coöperanten het gros van hun boodschappen kunnen doen. Op dit moment doen coöperanten vooral aan fun shopping: ze kopen bij ons speciale extraatjes en kopen de meerderheid van hun producten aan bij andere supermarkten. Bovendien zitten we op dit moment in de biologische niche. In overleg met coöperanten zijn we van plan dat uit te breiden met een traditioneler aanbod van conventionele voeding die niet in strijd is met de waarden van Coop Centraal.
Om ons aanbod te doen groeien zullen we echter moeten verhuizen. Het pand van het pilootproject is slechts 36m² groot. Een bijkomend en niet te onderschatten voordeel is dat we kunnen verhuizen naar de commerciële districtskern van Berchem (de Statiestraat en Driekoningenstraat). Op dit moment zitten we in een pand in een zijstraat van die as, waardoor er slechts weinig passanten zijn die tijdens de openingsuren binnenkomen. Door te verhuizen denken we zichtbaarder te zijn voor geïnteresseerden.
Daarnaast willen we sowieso meer inzetten op het werven van nieuwe leden. Hoe meer leden we hebben, hoe vaker we de winkel open kunnen houden. Hoe vaker we open zijn, hoe aantrekkelijker het voor nieuwe mensen zal zijn om zich aan te sluiten bij ons project.
Voor coöperaties in kapitaalintensieve sectoren is het vinden van een opstartbudget vaak de grootste drempel. Omdat de financiële voordelen van bedrijven gering zijn investeren mensen er slechts kleine bedragen in. Onze opstartkosten bedragen €75 000. We spreken drie kanalen aan om dat budget in te zamelen.
- Iedere coöperant koopt zich in de coöperatie in voor een richtbedrag van €100, in vier schijven van €25. Rechtspersonen betalen €100. Met die richtlijnen denken we aan het einde van 2025 €13 000 opgehaald te hebben. Dit staat voor 17% van onze financiëring.
- De inkomsten van het pilootproject gelden als het huidige eigen vermogen van Coop Centraal. In augustus 2024 staat dit bedrag op €7500, verworven via de verkoop van handelsgoederen. Dit staat voor 10% van onze financiëring.
- Voor het overige budget kijken we naar fondsen en steunorganisaties die de missie van Coop Centraal of De Coöperant VZW ondersteunen. €40 000 steun werd reeds voorzien door het Fonds Duurzame Materialen. In totaal is er dus nog zo’n €15 000 nodig, of 20% van het totaal benodigde bedrag. Dit staat voor 73% van onze financiëring.
De groei van Coop Centraal meten we aan de hand van drie variabelen:
Brutomarge
Op basis van de ervaringen van andere Belgische coöperatieve supermarkten van ons model besloten we een vaste brutomarge te rekenen van 20%. Daarmee ligt onze marge 10 tot 80 procent lager dan wat andere winkels hanteren. Deze ontzettend lage marge moet volstaan om onze vaste kosten, die erg beperkt zijn, te dekken.
Aantal coöperanten
De variabele die we het sterkst kunnen beïnvloeden is de hoeveelheid klanten die per week aankopen doen in onze winkel. Als
blijkt dat het gesloten model (waarbij enkel coöperanten kunnen winkelen) niet voldoende klanten oplevert, zullen we overwegen onze winkel te openen naar iedereen, eventueel met een hogere marge. Op dit moment hebben we 205 coöperanten op papier, waarvan 45 op maandelijkse basis of meer boodschappen doen bij ons.
Gemiddelde aankoop
Coop Centraal streeft ernaar een one-stop-shop te worden, waar klanten al hun dagelijkse boodschappen kunnen doen. Op basis van cijfers van Gondola Academy uit 2022 blijkt dat het gemiddelde huishouden maandelijks €476,84 uitgeeft in de winkel. In 2025 denken we dat coöperanten 18% van hun boodschappen bij ons doen, in 2026 21%.
Het huidige gemiddelde van uitgave per maand van de coöperanten die regelmatig kopen bij ons is €87.
De versie van het financieel plan die is meegegeven om te lezen ter voorbereiding van de AV kan je bekijken via: deze link.
Opmerkingen AV:
- Onze huidige kosten kunnen we dekken met onze huidige inkomsten en zijn we zelfbedruipend, de vaste kosten van het nieuwe IT-systeem en de verhuis kunnen we dekken indien we groeien en naar een nieuwe locatie verplaatsen.
- Verhuizen naar een winkelstraat gaat ons veel kosten, is die zichtbaarheid wel nodig als we toch met een gesloten model werken? Maar als we in de statiestraat zitten, is het wel heel duidelijk dat we een winkel zijn.
- Bezorgdheid over hoe we maandelijks 10.000 euro kosten gaan betalen in het nieuwe pand als we heel dat jaar een kleinere omzet gaan draaien.